Menso Alting - Opleidingen

Pedagogisch Werk (23183) BOL 2020-2021 Zwolle, Fuchsiastraat 1 MA

  1. Welkom

    Welkom

    Wat gaaf dat je gekozen hebt voor een pedagogische opleiding bij Landstede/Menso Alting! Een opleiding waar het kind centraal staat. Of je nu wordt opgeleid als Onderwijs Assistent, Pedagogisch Medewerker of Gespecialiseerd Pedagogisch Medewerker, je gaat een belangrijke rol spelen in het leven van (jonge) kinderen. Wij willen jou graag begeleiden tijdens de opleiding om je goed voor te bereiden op deze taak. In deze opleidingsgids lees je meer over hoe jouw opleiding in elkaar zit en wat je kan verwachten.

  2. Visie op de opleiding

    Binnen Landstede/Menso Alting willen we jou helpen om je te ontwikkelen tot een zelfbewuste persoonlijkheid en je op te leiden tot een professional op mbo-niveau. Zodanig, dat jij oprecht betrokken bent bij je vak, je vak leert verstaan én aandacht hebt voor de mensen met wie je in aanraking komt. 

  3. Talentvol Ontwikkelen in de opleiding

    Bij Talentvol ontwikkelen staat de persoonlijke leerontwikkeling centraal. We houden hierbij rekening met persoonseigen kenmerken, leervoorkeuren, leertempo, capaciteit, begeleidingsbehoefte en belangstelling. De pedagogisch relatie is cruciaal voor het leren binnen Talentvol Ontwikkelen. We steken dan ook veel tijd in het opbouwen van deze relatie en richten ons op begeleiden, uitdagen, uitnodigen, stimuleren en confronteren. Bij Talentvol Ontwikkelen is de beroepspraktijk het uitgangspunt van het onderwijs. Je leert aan de hand van integrale opdrachten LeerWerkPrestaties (LWP's). Jouw motivatie om te leren is cruciaal. Door onze begeleiding en contextrijke leeromgevingen binnen en buiten de school stimuleren we de motivatie. Binnen Talentvol Ontwikkelen leer je zelf verantwoordelijkheid te nemen voor jouw leerproces. 

  4. Individueel leren en leren in groepen

    Je gaat tijdens je opleiding individueel leren, maar ook in grotere en kleinere groepen. Met name tijdens het werken aan LWP's komt het samenwerken aan bod. Zo leer je ook met en van elkaar.

  5. Overzicht van de opleiding

    Overzicht van de opleiding

    Jouw opleiding is gebaseerd op een kwalificatiedossier (zie https://www.s-bb.nl/onderwijs/kwalificeren-en-examineren/kwalificatiedossiers).

    Het kwalificatiedossier is een document waarin beschreven staat wat de wettelijke vereisten zijn van jouw opleiding. Een kwalificatiedossier bestaat uit een basisdeel en een profieldeel. Deze twee delen bestaan weer uit kerntaken en werkprocessen.

    Basisdeel:

    Iederere pedagogisch medewerker start met het basisdeel. Het basisdeel bestaat voor een belangrijk deel uit oriëntatie op jouw werkveld. Je gaat werken aan jouw opleidingsbeeld, beroepsbeeld en jouw zelfbeeld. Daarnaast doe jij veel algemene kennis en (studie)vaardigheden op en werk je aan een beroepshouding. Deze kennis en vaardigheden kun je toepassen binnen de BPV (beroepspraktijkvorming) oftewel stage. In het 1ste jaar begin je met je BPV en binnen de opleiding wisselen BPV en school elkaar af.

    Profieldeel:

    Binnen Pedagogisch Werk zijn er 3 profielen waar je een keuze uit kunt maken, met het volgen van een profiel ga jij je steeds meer specialiseren in een bepaalde richting.

    De profielen zijn:

    1. Pedagogisch Medewerker Kinderopvang (niveau 3)
    2. Gespecialiseerd Pedagogisch Medewerker (niveau 4)
    3. Onderwijsassistent (niveau 4)

    Pedagogisch Medewerker Kinderopvang (niv. 3)

    Dit profiel bereidt jou voor op het werken in onder andere een kinderdagverblijf, peuterspeelzaal of buitenschoolse opvang. Jij gaat na welke activiteiten de kinderen nodig hebben en je helpt bij het uitvoeren daarvan. Je zorgt voor een gezellige huiselijke sfeer waarin kinderen zich prettig en veilig voelen. Je werkt binnen een (integraal) kindercentrum waar diensten als kinderopvang, buitenschoolse opvang en/of peuterspeelzaalwerk worden aangeboden. Jij leert om het kind op allerlei ontwikkelingsgebieden te stimuleren.

     Gespecialiseerd Pedagogisch Mederwerker (niv. 4)

    Met dit profiel richt jij je op kinderen of jongeren in een ( integraal) kindcentrum of organisatie. Deze kinderen of jongeren kunnen extra (opvoedings) ondersteuning nodig hebben. Dit zijn bijvoorbeeld kinderen of jongeren met een ontwikkelingsachterstand (zintuigelijke, lichamelijke of verstandelijke beperking ) of een problematische leef- of opvoedingssituatie. Je begeleidt ook kinderen of jongeren met een specifieke ondersteuningsvraag. Je denkt na over de juiste aanpak, stuurt collega's en vrijwilligers aan. Verder ben je aanspreekpunt voor bijvoorbeeld ouders.

    Jij biedt veelal in groepsverband een stimulerende omgeving voor de ontwikkeling van elk kind. Je creëert een veilige, vertrouwde omgeving waarbinnen je zorgt voor balans tussen rust en structuur aan de ene kant en uitdaging, activiteiten en (vrij) spel aan de andere kant. Je weet van aanpakken en toont een ondernemende houding. 

     Onderwijsassistent (niv. 4)

    Als onderwijsassistent werk je in het basisonderwijs, voortgezet onderwijs, middelbaar beroepsonderwijs, speciaal onderwijs of in de volwasseneneducatie. Je ondersteunt de leerkracht bij het lesgeven. Ook kan je werken in een integraal kindcentrum of kindercentrum waar opvang en onderwijs gecombineerd worden, bijvoorbeeld als 'combinatiefunctionaris'. 

    Je speelt een belangrijke rol in de ontwikkeling van leerlingen/studenten en vervult daarin een voorbeeldfunctie. In het basisonderwijs en in het speciaal onderwijs heb je vooral pedagogisch/didactische rol, maar je kunt ook met verzorgende taken te maken krijgen. Je bent initiatiefrijk, weet van aanpakken en je bent gericht op samenwerking. 

    In het onderstaande overzicht kun je zien wat de basis – en profiel kerntaken zijn:

    Basisdeel: Het basisdeel van jouw kwalificatiedossier heeft de volgende kerntaken en werkprocessen:

    B1-K1 Begeleiden van kinderen bij hun ontwikkeling

    B1-K1-W1 Inventariseert behoeften en wensen van het kind

    B1-K1-W2 Bereidt de uitvoering van activiteiten voor

    B1-K1-W3 Richt ruimten in ter voorbereiding op activiteiten

    B1-K1-W4 Stemt de werkzaamheden af met betrokkenen

    B1-K1-W5 Stimuleert de ontwikkeling door het aanbieden van activiteiten

    B1-K1-W6 Ondersteunt bij verzorgende taken

    B1-K1-W7 Zorgt voor een veilig pedagogisch klimaat

    B1-K1-W8 Evalueert de werkzaamheden

    B1-K2 Werken aan kwaliteit en deskundigheid

    B1-K2-W1 Werkt aan de eigen deskundigheid

    B1-K2-W2 Werkt aan het bewaken en bevorderen van kwaliteitszorg

    Profieldeel

    De profielen in jouw kwalificatiedossier hebben de volgende kerntaken en werkprocessen:

    P1 Pedagogisch medewerker kinderopvang

    P1-K1 Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de kinderen in de kinderopvang

    P1-K1-W1 Voert gesprekken met de ouders/vervangende opvoeders en het kind

    P1-K1-W2 Stelt een activiteitenprogramma op

    P1-K1-W3 Maakt een plan van aanpak voor de begeleiding

    P1-K1-W4 Zorgt voor uitvoering van een dagprogramma

    P1-K1-W5 Biedt persoonlijke verzorging

    P1-K1-W6 Draagt zorg voor huishoudelijke werkzaamheden

    P2 Gespecialiseerd pedagogisch medewerker

    P2-K1 Opvoeden en ontwikkelen van het kind/de kinderen

    P2-K1-W1 Voert gesprekken met de ouders/vervangende opvoeders en het kind

    P2-K1-W2 Stelt een (gespecialiseerd) activiteitenprogramma op

    P2 Gespecialiseerd pedagogisch medewerker

    P2-K2 Organiseren van werkzaamheden

    P2-K1-W3 Ontwikkelt (mede) een begeleidingsplan

    P2-K1-W4 Biedt (gespecialiseerde) opvang

    P2-K1-W5 Biedt persoonlijke verzorging

    P2-K1-W6 Draagt zorg voor huishoudelijke werkzaamheden

    P2-K1-W7 Biedt (specifieke) ontwikkelingsgerichte activiteiten aan

    P2-K2-W1 Voert coördinerende taken uit

    P2-K2-W2 Bouwt en onderhoudt een netwerk

    P2-K2-W3 Voert beleidsondersteunende taken uit

    P2-K2-W4 Voert beheertaken uit

    P3 Onderwijsassistent

    P3-K1 Uitvoeren van lesactiviteiten in overleg met de leraar

    P3-K1-W1 Bereidt de uitvoering van lesactiviteiten voor

    P3-K1-W2 Voert lesactiviteiten uit

    P3-K1-W3 Biedt (specifieke) ontwikkelingsgerichte lesactiviteiten aan

    P3-K2 Uitvoeren van taken rondom de lessen

    P3-K2-W1 Voert voorwaardelijke werkzaamheden uit ten behoeve van het lesprogramma

    P3-K2-W2 Voert administratieve taken uit

    P3-K2-W3 Houdt toezicht en begeleidt buiten de lessen

    P3-K2-W4 Voert coördinerende taken binnen de school uit

    Keuzedelen

    Naast basis- en profieldeel volg je ook keuzedelen. Deze zijn verbredend of verdiepend en/of dragen bij aan een betere in- of doorstroom naar een vervolgopleiding. Het keuzedeel vormt een verplicht onderdeel van het onderwijs en de examinering.

    Iedere locatie maakt eigen keuzes bij het aanbieden van keuzedelen.

    Binnen Pedagogisch Werk kun je afhankelijk van je profiel kiezen uit minimaal twee mogelijke combinaties.

    Door een keuze te maken in een bepaald pakket keuzedelen kun jij je onderscheiden van je medestudenten. Voor een drie jarige opleiding moet je in totaal 720 uur aan keuzedelen volgen. Keuzedelen worden deels aangeboden in onderwijstijd of juist deels in BPV of de opleiding heeft ervoor gekozen om een keuzedeel in zelfstudie weg te zetten.

  6. Startprogramma

    Tijdens de eerste weken van je opleiding ga je bezig met het kennismaken met jouw toekomstig beroep, de school en de manier van werken en maak je kennis met je kernteam (coachklas).

  7. Planning onderwijsprogramma

    Planning onderwijsprogramma

    Tijdens het eerste leerjaar ga aan het basisdeel van het kwalificatiedossier werken. In leerjaar 2 en 3 ga je specifiek aan de slag met het profieldeel van de door jou gekozen opleiding: Onderwijs Assistent, Pedagogisch Medewerker of Gespecialiseerd Pedagogisch Medewerker.

  8. Vakanties

    vakantie rooster

    Herfstvakantie: 12 okt-16 okt 2020

    Kerstvakantie: 21 dec-1 jan 2021

    voorjaarsvakantie: 22 feb-26 feb 2021

    Goede vrijdag 2 april 2021

    Tweede paasdag en dinsdag:5 en 6 april 2021

    Meivakantie: 26 april- 7 mei 2021

    Hemelvaartsdag en vrijdag :13 mei 2020

    Pinksteren: 24 mei 20211

    Zomervakantie: 19 juli 2021-27 augustus 2021

  9. Digitale leeromgeving

    Je werkt tijdens je opleiding met een digitale leeromgeving: e-TO (electronisch Talentvol Ontwikkelen). Binnen deze omgeving staan alle onderwijsmaterialen en maak je jouw ontwikkeling zichtbaar. 

  10. Trajectlijn

    Tijdens je opleiding werk je met trajectlijnen. Op deze lijnen maak je jouw ontwikkeling zichtbaar en kun je je ontwikkelen van starter naar gevorderd naar bekwaam.

  11. LWP

    Een LeerWerkPrestatie (LWP) is een grote overkoepelende, beroepsgerichte opdracht. Je werkt in een LWP zowel in groepjes als individueel. De meeste theorie die je nodig hebt voor de LWP volg je tijdens een TWIXX.  

    Binnen de opleiding werk je aan LWP's die passend zijn bij de verschillende kerntaken en werkprocessen van het beroep. De LWP’s hebben een doorgaande leerlijn.

  12. TWIXX/lesactiviteiten

    Een TWIXX staat voor: Trainingen, Workshops, Instructiemomenten, etc.
    Tijdens het werken aan LWP ’s heb je kennis en vaardigheden nodig. Deze leer je in een TWIXX. Door het volgen van een TWIXX  bereid jij je voor op het goed kunnen uitvoeren van de LWP. Er zijn veel verschillende soorten TWIXX, bijvoorbeeld voorlezen, ontwikkelingspychologie, observeren, een training volgen, een film kijken, een creatieve sessie volgen, meedoen aan een brainstorm, een mindmap maken, een instructie krijgen, etc.

  13. Individueel leerplan (ILP)

    Om jou te ondersteunen bij het vormgeven van je leerproces, maken we een individueel leerplan (ILP). Dit ILP staat in de digitale leeromgeving e-TO. Dit ILP bespreek je met jouw coach.

  14. Feedback tijdens de LWP

    Tijdens het werken aan een LWP verzamel je feedback van je docent en mede-studenten. Op die manier krijg je inzicht hoe jij je kunt ontwikkelen. 

  15. Coach

    Tijdens de opleiding heb je een coach. De coach is jouw aanspreekpunt rondom vragen over de opleiding en studievoortgang. Tijdens de coaching bespreek je onder andere je leeruitkomsten en je beroepshouding doormiddel van leermetergesprekken. In de coachgroep ben je bezig met jouw keuze voor je opleiding. Je kijkt naar jezelf: wie je bent, wat je wilt en hoe ver je gevorderd bent met de competenties die je nodig hebt. Dat doe je als groep, alleen of samen met je coach. 
Samen met je coach maak je een plan waarin je zet wat je wilt leren en hoe je dat gaat doen.                   


    Soms loopt het in je studie niet helemaal naar wens. Je coach zal samen met jou kijken welke oplossing dan het beste is. Het SAB (Student Advies en Begeleiding) kan daarin een ondersteunende rol vervullen.

  16. Leermetergesprek/Leerloopbaangesprek

    Je bespreekt jouw ontwikkeling tijdens het leermetergesprek met je coach. TIjdens dit gesprek ga je kijken waar je staat in je leerproces en schuif je met de leermeter. Op die manier wordt zichtbaar waar je staat in je leerproces: starter, gevorderd en beroepsbekwaam.

  17. Contact school, ouders/verzorgers en studenten

    Contact met ouders/verzorgers verloopt voornamelijk via de coach.

  18. Aanwezigheid, verzuim, ziekte en afmelden, verlof aanvragen

    Tijdens de eerste weken ontvang je meer informatie over aanwezigheid, verzuim, ziekte & afmelden en verlof aanvragen.

  19. Korte beschrijving van de examinering

    Landstede visie op examineren

    Landstede heeft het wettelijk kader rond examinering vertaald in een Landstede visie op examinering. Deze visie dekt de basiskwaliteit af uit het wettelijk kader en geeft richting en inhoud aan onze eigen kwaliteitsambities.

    Visie examinering Landstede

    1. Waarde voor de student

    • Het onderwijs is gericht op de ontwikkeling en groei van de studenten met het examen als logisch sluitstuk.
    • Het diploma is het bewijs dat de student het vereiste niveau bereikt heeft.
    • Iedere student die een diploma ontvangt, voldoet aan de eisen uit het KD zodat de waarde van het diploma onbetwist is.
    • Betrouwbare examinering resulteert erin dat het diploma waarde heeft voor de student, voor het werkveld, het vervolgonderwijs en de maatschappij.

    2. Leren en examineren

    • De examinering heeft een integrale plaats in ons onderwijs; de student werkt stap voor stap naar het examen toe. Door goede feedback weet hij wanneer hij het eindniveau heeft bereikt.
    • Voor de student is de scheiding tussen formatief toetsen tijdens het leerproces en summatief examineren duidelijk.
    • De studenten (en eventueel hun ouders) zijn tijdig en helder geïnformeerd over de examinering.
    • Studenten weten ruim vooraf wanneer een examen plaatsvindt, wat er op dat moment van ze verwacht wordt en hoe er beoordeeld zal worden.
    • De examinering vindt zoveel mogelijk plaats in de realistische beroepspraktijk.

    3. Bekwame examenfunctionarissen

    • Alle docenten in de teams beschikken minimaal over basisvaardigheden op het gebied van examinering.
    • Wie specifiek rollen en taken vervult bij examinering beschikt over daarbij passende specifieke vaardigheden (leden examencommissies, constructeurs, beoordelaars, examenbureaus)
    • Bij examens worden bekwame beoordelaars van de school en uit de praktijk ingezet.
    • Alle beoordelaars (school en praktijk) beschikken over vakinhoudelijke deskundigheid en beoordeling technische deskundigheid (principes, procedures en criteria).

    4. Betrouwbaarheid

    • Bij examinering werken we vanuit de standaarden die de Inspectie aangeeft.
    • In het handboek examinering zijn deze standaarden geconcretiseerd. Iedereen bij Landstede werkt volgens de kaders, procedures en formats uit dit Handboek.
    • De examencommissies en teams voelen zich eigenaar van de gezamenlijke kaders en gaan er kwaliteitsbewust mee om.
    • De examenplannen zijn duidelijk, volledig en opgesteld volgens de wettelijke vereisten; per examen is de inhoud en de examenvorm beschreven.
    • De vorm van een examen past bij de inhoud ervan. We werken met een methode mix hetgeen bijdraagt aan grotere betrouwbaarheid.
    • Examens worden ingekocht (tenzij er geen examenleverancier is) om de kwaliteit van de examens te waarborgen.

    5. Kwaliteitsborging

    • De onafhankelijke examencommissies hebben een borgende rol.
    • De directeuren en teamleden zijn verantwoordelijk en dragen zorg voor de uitvoering van de examinering.
    • De resultaatverantwoordelijke kwaliteit heeft binnen het team een coördinerende rol bij de zorg voor de examinering.
    • In het handboek worden aan de voorkant kaders gegeven; die gelden voor iedereen bij Landstede.

  20. Werkwijze en procedure

    Examencommissie

    Elke opleiding heeft een examencommissie, die verantwoordelijk is voor de examinering binnen het landschap.  De volgende taken zijn o.a. van toepassing:

    • contacten met studenten over examinering
    • autoriseert verzoeken van studenten met betrekking tot examentijdverlenging, wijzigen van examenbeoordelingen, overmacht situaties en het oplossen van onvoorziene omstandigheden
    • handelt onregelmatigheden en klachten af
    • regels vaststellen m.b.t. de goede gang van zaken tijdens het proces van examinering
    • evalueert examenproducten en -processen
    • fiatteert een aanvraag tot diplomering                                                               
      De examencommissie van het landschappen O&O en G&W is samengesteld uit docenten van de locaties Harderwijk, Lelystad, Raalte en Zwolle.
      Contactgegevens DEC O&O: dec2@landstede.nl

    Verantwoordelijke resultaatgebied kwaliteit

    Binnen elke studierichting en op elke locatie is een verantwoordelijke voor het resultaatgebied Kwaliteit aangesteld waarbij de student via de e-mail of schriftelijk terecht kan voor:

    • het verloop van examinering
    • klachten over het examenproces
    • aanvragen extra toets gelegenheid i.v.m. afwezigheid door overmacht situatie
    • aanvragen van vrijstellingen
    • aanvragen toetstijdverlenging
    • aanvragen extra faciliteiten tijdens de examinering
    • aanvragen wijziging van toets- en examenbeoordelingen 

    Het examenbureau
    Het examenbureau zorgt voor de uitvoering van de examinering. Het examenbureau is verantwoordelijk voor de voorbereiding, de uitvoering en de verwerking van examens. Per locatie is er een examenbureau op locatie.
    Taken:

    • Stelt examenroosters op en verspreidt examenroosters onder belanghebbenden.
    • Regelt examenruimtes en regelt, instrueert en begeleidt surveillanten.
    • Vraagt examentijdverlenging en/ of toekenning van andere overige faciliteiten aan bij de examencommissie. 
    • Meldt onregelmatigheden en/of klachten tijdens examinering bij de examencommissie.
    • Geeft inzage in beoordeelde examens aan studenten.
    • Archiveert examens.
    • Inschrijven voor herkansingen
    • De student kan een herkansing aanvragen bij het examenbureau. Dit kan via mail en/of een herkansingsformulier.
      Contactgegevens examenbureau locatie:                                                                                       
      Harderwijk:       examenbureauharderwijk@landstede.nl
      Lelystad:           examenbureaulelystad@landstede.nl
      Menso Alting:   examenbureauMA@landstede.nl
      Raalte:             examenbureauraalte@landstede.nl       
      Zwolle:             examenbureauzwolleb@landstede.nl

    Recht op een herkansing en overmacht
    Wettelijk heb je recht op een herkansing voor ieder examenmoment. Landstede spreekt dan van een examen in tweede gelegenheid. De tweede gelegenheid wordt op een redelijke termijn opnieuw aangeboden.
    Indien je kunt aantonen dat er sprake was van overmacht waardoor je het examen niet kon maken, blijft het recht bestaan op de examengelegenheid. Je dient hiervoor een verzoek in bij de examencommissie via het examenbureau door middel van het formulier ‘aanvraag behoud examengelegenheid’.
    Let op! In geval van een herkansing wordt altijd een volledig examen afgenomen; met andere woorden: Praktijkexamens kunnen niet in delen worden herkanst.
    Wil je extra herkansingen aanvragen, dan zijn daar kosten aan verbonden. Zie Extraneus voor meer informatie.

    Examenplan

    • Basis voor (onderwijs en) de examinering zijn het Kwalificatiedossier en Kwalificatie-eisen Loopbaan & Burgerschap in het mbo. Aan het einde van je opleiding toetsen we of jij de kerntaken/werkprocessen beheerst en dus recht hebt op een diploma. Dit gebeurt bijvoorbeeld door  meerdere praktijkexamens en keuzedeelexamens. Daarnaast zijn er examens voor Loopbaan en Burgerschap (LLB), Nederlands, Engels en rekenen. Let op studenten die de opleiding PMK volgen moeten onderdelen van Nederlands op 3F niveau voldoende afronden op spreken , gesprekken voeren en luisteren. Voor VVE is het ook verplicht om lezen 3F voldoende te halen. 
      In het examenplan van jouw opleiding vind je het overzicht van de examens, die je moet behalen om een diploma te krijgen. Een overzicht daarvan vind je in e-TO.
      Examinering beroepsbekwaamheid

      Praktijkexamens

    Prove2Move-map
    De praktijkexamens worden ingekocht bij Prove2Move. Je ontvangt een examenmap tijdens de opleiding. Je bent zelf verantwoordelijk voor het bewaren van dit document gedurende de hele opleiding. Indien je de examenmap kwijt bent, kun je bij het examenbureau een nieuwe examenmap aanvragen tegen betaling. Als je de studie voortijdig beëindigt, dient het examenmap weer te worden ingeleverd bij het examenbureau.

    Voorwaarden voordat je een praktijkexamen mag uitvoeren
    Er zijn voorwaarden gesteld aan deelname aan praktijkexamen: voordat je een praktijkexamen gaat uitvoeren moet je een akkoord hebben van de coach/docent en zo nodig van je praktijkbegeleider. Door middel van bewijzen in je portfolio overtuig jij je coach/docent en je praktijkbegeleider ervan dat je het vereiste niveau hebt bereikt, zodat er kan worden afgesproken wanneer er een praktijkexamen beoordeeld gaat worden. De criteria worden verder uitgelegd en toegelicht tijdens coaching/mwb. In het examenreglement vind je de Procedure van de praktijkexamens.

    Beoordeling
    De meeste praktijkexamens worden in de praktijk beoordeeld. Je wordt begeleid door een praktijkbegeleider van het praktijkadres. Zodra jij, je coach/docent en je praktijkbegeleider ervan overtuigd zijn dat je het vereiste niveau hebt bereikt, kan worden afgesproken wanneer er beoordeeld gaat worden. Je wordt dan beoordeeld door een praktijkbeoordelaar.
    Het beoordelen van praktijkexamens gebeurt door een geschoolde en bekwame beoordelaar, die aan de hand van de beoordelingsinstructie de prestatie van jou beoordeelt. Bij onvoldoende resultaat zal een gesprek met de coach/mwb docent volgen waarin je jouw leerdoelen opnieuw formuleert en je op een herkansing voorbereidt.

    Meer informatie
    In deze opleidingsgids, in de examenmap van Prove2move en in de BPV- gids kun je alles lezen over de wijze van examinering. Er staat bijvoorbeeld in beschreven hoe examens geregeld en afgenomen worden.
     
     
    Werkwijze

    Procesplaat examenopdracht           DEC O&O en G&W,   februari  2017 vastgesteld

    1. Aanvraag

    De student toont aan dat hij voor een of meerdere werkproces(sen) behorend bij de examenopdracht de fase van beroepsbekwaam heeft bereikt.  De student vraagt het examen aan.

    De student volgt hiervoor de door het opleidingsteam vastgestelde procedure.

    Het opleidingsteam draagt zorg voor een deskundige en onafhankelijke beoordelaar voor de examenopdracht.

    Het opleidingsteam draagt zorg voor een geschikte en passende examenlocatie voor de examenopdracht.

    Het akkoordformulier wordt ingevuld en ondertekend door het opleidingsteam.

    1. Uitvoering

    De student plant de examenopdracht in overleg met de beoordelaar. 
    Volg de ‘instructie student’ en ‘instructie beoordelaar’ uit de examenmap van Prove2move. De student tekent vòòr afname van de examenopdracht het beoordelingsformulier

    De student voert de examenopdracht uit volgens de beschrijving in de examenopdracht van Prove2move.

    Het beoordelingsformulier wordt volledig en correct ingevuld en ondertekend door de beoordelaar.

    De student levert de getekende originele beoordelingsformulieren en de onderliggende bewijsstukken conform de archiveringslijst binnen 10 werkdagen in bij het opleidingsteam.

    Het opleidingsteam controleert de uitvoering van de examenopdracht.

    De student en een vertegenwoordiger van het opleidingsteam ondertekenen het beoordelingsformulier en het bewijs van bekwaamheid. 

    De student maakt scan/kopie.

    1. Archivering

    Het opleidingsteam levert het examenwerk in bij het examenbureau:

    • Akkoordformulier
    • Beoordelingsformulier van de examenopdracht
    • Onderliggend bewijsmateriaal conform archiveringslijst
    • Bewijs van bekwaamheid

    Het opleidingsteam publiceert het resultaat van de examenopdracht in e-TO.

    1. Herkansing

    Het opleidingsteam draagt zorg voor een gedegen voorbereiding voor de herkansing van de examenopdracht

    De student vraagt nieuwe beoordelingsformulieren aan bij de taakhouder kwaliteitszorg. De nieuwe beoordelingsformulieren worden voorzien van een stempel met ‘herkansing’ erop.

    Procedure

    Examenprotocol studenten

    De examens worden afgenomen in verschillende leslokalen. Dat gebeurt altijd in aanwezigheid van één of meerdere surveillanten.

    Het examenprotocol is bindend. Dat wil zeggen dat wie zich daar niet aan houdt, zich moet melden bij het examenbureau. Vervolgens wordt contact opgenomen met de taakhouder Kwaliteitszorg (examinering), wat in het uiterste geval kan leiden tot nietigverklaring van of uitsluiting van het examen.

    Het protocol

    • Je betreedt de examenruimte zonder tas, jas, pet, mobiele telefoon of mp3. Als je geen kluisje hebt, dan leg je al je spullen voor in het lokaal. Alleen datgene wat je nodig hebt om het examen te kunnen maken, heb je bij je (op tafel): een pen, je Landstede- pasje en je legitimatiebewijs.
    • Je neemt plaats achter de tafel die jou is toegewezen.
    • Je legt je Landstedepas en legitimatiebewijs zichtbaar op de tafel. Een geldig legitimatiebewijs is:
    • je paspoort,
    • je identiteitskaart,
    • je rijbewijs.
    • Ben je niet in het bezit van een legitimatiebewijs en/of Landstede-pas, dan kun je niet deelnemen aan het examen.
    • Bij elke examenzitting legt de surveillant schriftelijk vast of je er bent.
    • Je neemt het examen in ontvangst van de surveillant en volgt eventuele instructies op met betrekking tot het gebruik van hulpmiddelen.
    • Je maakt het examen binnen de daarvoor beschikbare tijd zonder hardop te denken en/of te overleggen met anderen; het uitwisselen van hulpmiddelen is verboden.
    • Wanneer je klaar bent, lever je je werk en de examenopgaven in bij de surveillant, de surveillant geeft aan wanneer je mag vertrekken

      Algemene regels
    • Je respecteert ten allen tijde de dienstdoende surveillanten en volgt hun aanwijzingen zonder commentaar op.
    • Je gedraagt je zoals dat tijdens toetsen behoort en bezorgt niemand overlast.
    • Je levert een bijdrage aan een zorgvuldige procedure door stipt op tijd aanwezig te zijn en alles bij je te hebben wat je voor de toets nodig hebt.
    • Je hebt je voldoende voorbereid op de toets waardoor het niet nodig is dat je allerlei vragen stelt. Bedenk in dit verband dat surveillanten je inhoudelijk absoluut niet van dienst mogen zijn.

      Regels met betrekking tot begin en eind van het examen
    • Wie te laat is, heeft het recht om na aanvang van het examen nog te worden toegelaten, mits dit binnen de termijn is die de opleiding heeft vastgesteld.
    • Wie te laat is, krijgt daarover een aantekening in de presentielijst. Structurele telaatkomers kan de toegang worden geweigerd.
    • Wie te laat is, heeft geen recht op extra tijd.
    • Gedurende het eerste halfuur van een examen mag niemand het examenlokaal verlaten.
    • De in het examenrooster aangegeven begin- en eindtijd van een examen is bindend.
    • Verlenging van de examentijd is alleen toegestaan met toestemming van de DEC.
       

    Bezwaar maken
    10 werkdagen nadat je op de hoogte bent gesteld van een maatregel of een beslissing, kun je een schriftelijk bezwaarschrift indienen bij de Decentrale Examen Commissie (DEC). Als je het niet eens bent met de beslissing van de DEC, dan kun je binnen 3 dagen na deze beslissing in beroep gaan bij de Commissie van Beroep van Landstede. Het examenbureau fungeert als postadres voor deze bezwaarschriften en beroepschriften.

    Procedure afnemen examens
    De procedures rond het afnemen van examens op school en in de praktijk zijn te lezen in het examenreglement.

    Extraneus
    Een kandidaat die de examinering ook in tweede gelegenheid niet heeft behaald kan zich, mits voldaan aan criteria van extraneus, na afloop van de opleiding inschrijven bij Landstede als extraneus. Dit betekent dat de student een Landstede account heeft. De student heeft geen recht op onderwijs, maar betaalt administratiekosten en een bedrag per af te leggen examen. Informatie daarover kun je verkrijgen bij de administratie.
    De kosten voor het maken een praktijkexamen is € 150,-.????
    De kosten voor het maken een schriftelijke toets is € 90,-.
    Let op! In geval van een herkansing wordt altijd een volledig examen afgenomen; met andere woorden:  Praktijkexamens kunnen niet in delen worden herkanst.

    Archivering examendossier
    Archiveren bewijsstukken
    Voor de examens in de beroepspraktijk geldt dat student het examenmateriaal meeneemt naar school en binnen 10 werkdagen inlevert bij de coach/MWB docent.
    Ook werkstukken en verslagen behoren tot de examenproducten die moeten worden ingeleverd. Alle documenten worden opgeslagen in het examendossier.

    De volgende bewijsstukken worden door de opleiding bewaard na het behalen van het diploma:

    • Examenopbrengsten: beoordelingen, akkoordformulieren en bewijs van bekwaamheid van alle praktijkexamens
    • Onderliggende bewijsstukken van praktijkexamens (met andere woorden alle gemaakte opdrachten die beoordeeld zijn voor het voldoen aan de praktijkexamens)

    Beoordeling van het verzamelportfolio en het exameneindgesprek
    Voor een specifiek overzicht van de inhoud van je examendossier verwijzen wij je naar het studentenportaal van connect.
    Examenbescheiden, beoordelingen en processen-verbaal worden tot één jaar na diplomering ter inzage voor de onderwijsinspectie bewaard door het examenbureau.
    Examinering Nederlands, moderne vreemde talen en rekenen

    Instellingsexamens en landelijke examens
    Instellingsexamens worden geëxamineerd via TOA, bureau ICE en de centraal ontwikkelde examens via Facet. Tijdens de lessen krijg je uitleg over de manier waarop je geëxamineerd wordt. Voor de student die bij de intake of op grond van zijn vooropleiding al op een behoorlijk niveau zit, geldt een onderhoudsplicht. Examens mogen pas worden afgenomen als ten minste de helft van de voor de student geldende studieduur is verstreken.

    • Eindniveau   
      Niveau 3                                                                                    

    Rekenen

    Nederlands

    Getallen

    2F

    Mondelinge taalvaardigheid: spreken/gesprekken voeren

    3F

    Verhoudingen

    2F

    Leesvaardigheid

    2F

    Meten en meetkunde

    2F

    Schrijfvaardigheid

    2F

    Verbanden

    2F

    Luistervaardigheid

    3F

    Taalverzorging en -beschouwing

    2F

    Niveau 4                                                                                          

    Rekenen

    Nederlands

    Engels

    Getallen

    3F

    Mondelinge taalvaardigheid: spreken/gesprekken voeren

    3F

    Mondelinge taalvaardigheid: spreken/gesprekken voeren

    A2

    Verhoudingen

    3F

    Leesvaardigheid

    3F

    Leesvaardigheid

    B1

    Meten en meetkunde

    3F

    Schrijfvaardigheid

    3F

    Schrijfvaardigheid

    A2

    Verbanden

    3F

    Luistervaardigheid

    3F

    Luistervaardigheid

    B1

    Taalverzorging en -beschouwing

    3F

    Examenreglement Centraal Ontwikkelde examens Nederlands, Rekenen en Engels

    De planning van Centraal Ontwikkelde examens

    De overheid bepaalt ieder jaar in welke weken de centraal ontwikkelde examens Nederlands, rekenen en Engels moeten worden afgenomen. Landstede bepaalt vervolgens op welke dagen en tijden het examen plaatsvindt. Ruim voor aanvang van het examen krijgt de student hiervan bericht en de docent.

    Herkansingen Nederlands, rekenen en Engels

    De student kan gebruik maken van een tweede examengelegenheid. De student heeft voor de gehele duur van de opleiding slechts één maal recht op een herkansing Nederlands, rekenen en Engels.

    Is de student afwezig bij een eerste examengelegenheid vanwege een geldige reden, dan kan de student een verzoek doen bij de Decentrale Examen Commissie (DEC) om het examen nogmaals te maken. De student houdt in dit geval het recht op een herkansing. Afwezigheid bij een examen zonder geldige reden betekent dat de student deze examengelegenheid gebruikt heeft. De student krijgt dan in elk geval de vermelding “absent” op het overzicht. Dit betekent dat de student in staat is geweest om aan het examen deel te nemen, maar hieraan niet heeft kunnen voldoen. De student kan zich vervolgens aanmelden voor de tweede gelegenheid.

    Mocht een student na twee gelegenheden geen voldoende hebben gehaald dan kan hij/zij nog eenmaal, nadat alle andere examens zijn afgerond een examen inkopen. Hieraan zijn van te voren vastgestelde kosten aan verbonden.

    Aangepaste examenmogelijkheden Nederlands, rekenen en Engels

    Het kan zijn dat de normale examenfaciliteiten niet voldoende zijn voor studenten met een beperking.  In dat geval kan de student extra faciliteiten - zoals extra tijd of extra hulpmiddelen – aanvragen via het SAB. De examencommissie zal deze aanvraag vervolgens beoordelen en toekennen.


    • De afname van examens Nederlands, rekenen en Engels
      De examens worden afgenomen in een ruimte waarin de studenten het examen zoveel als mogelijk ongestoord kunnen maken. Afspraken en roosters voor afname van examens worden gecommuniceerd.
      Fraude, plagiaat en onregelmatigheden examen Nederlands, rekenen en Engels
      Als er fraude, plagiaat of een onregelmatigheid wordt geconstateerd dan maakt de student het examen af. De surveillant maakt intussen een aantekening op het proces-verbaal van het examen. De surveillant maakt een ‘protocol van onregelmatigheid’ op en stuurt dit naar de Decentrale Examen Commissie (DEC).
      De DEC neemt maatregelen, bijvoorbeeld ongeldigheidverklaring van de uitslag van het betreffende examen of uitsluiting van (verdere) deelname aan examinering. Voordat een dergelijke maatregel wordt opgelegd, wordt de student gehoord. De student kan zich daarbij laten bijstaan door een meerderjarige. Als de student minderjarig is, neemt de student een wettelijke vertegenwoordiger mee. Alle betrokken partijen worden van de maatregel schriftelijk in kennis gesteld.
      Bij onregelmatigheid moet je denken aan:
    • spieken
    • niet opvolgen van instructies van surveillanten;
    • het gebruik van niet-toegestane hulpmiddelen;
    • telefoon opnemen of bekijken tijdens het examen;
    • het meenemen van het kladpapier uit de examenruimte
      Verder beoordeelt de examencommissie of gedragingen, handelingen en dergelijke als onregelmatigheid gelden.

      Afwezigheid bij examens Nederlands, rekenen en Engels
      Als de student niet aanwezig kan zijn bij een examen, meldt de student dit vooraf bij de taakhouder kwaliteitszorg en het examenbureau. De taakhouder kan dan beoordelen of er sprake is van overmacht en of er redenen zijn voor een aanvraag van een extra gelegenheid bij de DEC. Is de student ziek op de dag van examinering, dan zorgt de student voor een correcte ziekmelding met redenen. In principe mist de student hierdoor een gelegenheid, tenzij de DEC beslist dat er sprake is van een bijzondere omstandigheid.

      Beoordeling van examens Nederlands, rekenen en Engels
      De antwoorden op de examenvragen worden verstuurd naar het Facet. Op basis van de scores in het hele land wordt bepaald bij hoeveel goede antwoorden de student een voldoende krijgt. De cijfers worden door het Facet verstuurd naar de toetsleider van de onderwijseenheid. De cijfers worden z.s.m. bekendgemaakt in E-to.

      Recht op inzage Nederlands, rekenen en Engels
      Bij examens heeft de student recht op inzage in het examenwerk om te kijken of de correctie goed is gebeurd.

  21. Praktijkleren, BPV, Internationale BPV en andere vormen

    Beroepspraktijkvorming
    Leren doe je niet alleen op school. Je leert veel in de praktijk. Daarom neemt de beroepspraktijkvorming (BPV) een belangrijk deel van de opleiding in beslag.

    Het doel van de BPV is dat jij de theorie leert koppelen aan- en toepassen in de praktijk. Zodat je als een beroepsbeoefenaar jouw functie volwaardig kunt uitoefenen.

    Per locatie verschilt of een BPV-plek toegewezen wordt of dat je deze zelf mag kiezen. Dit kan ook per leerjaar verschillen. Om te kijken of een BPV plek erkend is (een goede leerplek is voor jou) kun je naar www.s-bb.nl gaan.

    De stageplekken voor de opleiding pedagogisch werk zijn bij instellingen als basisscholen (speciaal en regulier onderwijs); peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en buitenschoolse opvang. In diverse regio’s is er de ontwikkeling van brede scholen en integrale kindercentra. Daar zijn alle vormen van opvang voor kinderen tussen de 0 en 12 jaar verenigd. Daarnaast kan het zo zijn dat je door een bepaald keuzedeel dat je gaat kiezen, hier ook een BPV plek bij hoort.

    Het aantal stagedagen verschilt per jaar. In het eerste leerjaar maak je kennis met de beroepspraktijk. Dit kan, afhankelijk van je opleiding/ locatie, 1 of 2 dagen per week zijn. De overige dagen volg je de lessen.

    Gedurende het schooljaar zijn er een aantal contactmomenten door je BPV-docent met je BPV-werkbegeleider. Gedurende het schooljaar krijg je bezoek van je bpv-docent. 

    Je krijgt op verschillende manieren informatie over bpv plaatsen: via de BPV-coördinator, via de coach en soms via oudere jaars studenten of een BPV markt.

    Beoordeling van de beroepspraktijk.

    De BPV moet met een voldoende beoordeling worden afgesloten. Dit geld alleen voor het laatste jaar Zie voor de procedure van beoordelen de BPV-gids of BPV-handleiding. De BPV is ook de plaats waar jij moet aantonen dat je beschikt over de kennis, houding en vaardigheden voor het gekozen beroep: je doet Praktijkexamens op je BPV plek (zie Prove2Movemap waarin alle praktijkexamens beschreven zijn). Deze praktijkexamens vormen steeds een onderdeel van het totale examen. Als je uiteindelijk alle examens hebt gehaald (de praktijkexamens en de landelijke examens en LLB) kun je de opleiding afronden. 

    Internationalisering

    De opleiding Pedagogisch Werk wil ook mogelijk maken dat je BPV kunt doen in het buitenland (per locatie zijn de afspraken en mogelijkheden hierin verschillend). De student kan hiervoor contact opnemen met zijn coach en de BPV-coördinator. Voordat een student een buitenlandse BPV kan volgen, moet hij eerst een andere BPV periode goed hebben afgerond. Als de student toestemming krijgt voor een buitenlandse BPV, verwachten we dat de student hier zelf verantwoordelijkheid neemt in de organisatie van dit traject. Over de wijze van begeleiding en de te maken opdrachten worden afspraken vastgelegd.

    Als je voor deze uitdaging in aanmerking wilt komen moet je aan een aantal criteria voldoen, zoals:

    • Je hebt een duidelijk motivatie voor een BPV in het buitenland en een akkoord van het team
    • Je kunt zelfstandig werken en hebt geen achterstand in de opleiding
    • Je moet ouder zijn dan 18 jaar
    • Je moet de vereiste examens afgerond hebben
    • Je voldoet aan de beroepsvaardigheden

    Het team beslist of je in aanmerking komt voor een stage in het buitenland.

    Het is wel goed te realiseren dat de BPV in het buitenland een financiële investering kan zijn.

  22. Begeleiding vanuit school en op de BPV plaats

    Op je BPV plek krijg je een BPV-begeleider toegewezen. Dit is een begeleider vanuit de praktijk. Daarnaast wordt je vanuit school begeleid door je coach.

  23. Organisatie van de BPV

    In het eerste leerjaar ontvang je meer informatie hoe je een BPV plek kunt vinden en waar je terecht kunt met vragen.

  24. Specifieke voorzieningen en of vereisten

    Iedere student wordt geacht op de hoogte te zijn van de inhoud van:

    • Landstede en Menso Alting studiegids
    • Opleidingsgids
    • Examenreglement (onderdeel opleidingsgids)
    • Locatiegids
    • Examenplan
    • BPV gids

    Deze inhouden zijn in e-TO te vinden, ook zal er in je coachles veel aandacht worden besteed aan de inhouden. 

    Daarnaast wordt er van je verwacht dat je zorgt dat je altijd aanwezig bent op school. Je aanwezigheid wordt bijgehouden in Participatie. Er zijn natuurlijk altijd bijzonderheden waardoor je niet naar school kunt komen bijvoorbeeld bij ziekte of bij bijzondere feestlijke gebeurtenissen.Dat geef je dan tijdig door.

    Binnen de opleiding Pedagogisch Werk krijg je te maken met de volgende specifieke zaken:

    1. Schoolkosten :Voor de specificatie van alle kosten verwijzen wij naar het schoolkosten formulier.  
    2. VOG : Voor je BPV heb je een VOG (verklaring omtrent gedrag nodig)

  25. Studieinformatiepunt (STIP), opleidingsadministratie

    Tijdens de eerste weken krijg je meer informatie over het Studieinformatiepunt (STIP) en de opleidingsadministratie.

  26. Vertrouwenspersoon

    Voor elke locatie is ook een vertrouwenspersoon beschikbaar. In de algemene informatiegids kun je meer informatie lezen over de vertrouwenspersoon en wie je voor jouw opleiding kunt bereiken en op welke manier.

  27. Specifieke afspraken en regels

    Deze afspraken krijg je te horen tijdens de eerste weken van de opleiding

  28. Geen examenplan beschikbaar
  29. Geen schoolkosten beschikbaar